Vooroordeel?! "Er is toch hulpverlening? Als je die hulp aanvaardt, geraak je wel uit de problemen"

Gelukkig is er een uitgebouwde sociale bescherming en zijn er veel mensen professioneel of vrijwillig in de weer om mensen in armoede te ondersteunen. Tegelijk weten we dat het huidige beleid onvoldoende is om de om de groeiende armoedeproblematiek in ons land aan te pakken, die nog versterkt wordt door de coronacrisis. Ook tegen de toenemende schuldenproblematiek wordt er niet genoeg ondernomen.

Ten eerste zijn de laagste uitkeringen en lonen te laag om waardig te leven. Een menswaardig leven betekent kunnen deelnemen aan de samenleving en er een bijdrage aan kunnen leveren. Dit is maar mogelijk als je mentaal en fysiek gezond bent en in staat bent om verantwoordelijkheid op te nemen en keuzes te maken. Daarvoor heb je gezonde voeding, gepaste huisvesting, toegankelijke gezondheidszorg en persoonlijke verzorging nodig, evenals geschikte kleding, rust en ontspanning, een veilige kindertijd, veiligheid, betekenisvolle sociale relaties en mobiliteit. Dit is niet mogelijk als je moet rondkomen met een leefloon, een lage invaliditeitsuitkering, pensioen of loon. Na het betalen van het grote aandeel vaste kosten (vooral voor huurders op de privémarkt) blijft er te weinig over om van te leven.

“De mens Najat is dankbaar voor de werkloosheidsuitkering die ze krijgt. Ik accepteer de realiteit, ik moet leven met wat ik heb en mijn kinderen moeten leren leven met wat hun moeder heeft. De overheid geeft mij genoeg om te overleven, maar niet om te genieten van het leven. Om echt te leven!” (Najat, 40)

“Verder Nederlands studeren of naar de kunstacademie gaan, zelfs met een de korting van de vrijetijdspas is dat niet mogelijk.” (Maria, 50)

Ten tweede is er een steeds grotere uitsluiting van mensen van sociale bescherming door allerlei strenger wordende voorwaarden. Heel vaak zorgen die ervoor dat mensen nog wel rechten behouden, maar allerlei administratieve stappen moeten ondernemen. Mensen hebben met andere woorden wel bepaalde rechten, maar ze weten niet waar zij recht op hebben en waar ze terecht kunnen voor hulp. Er zijn moeilijke administratieve procedures, diensten zijn moeilijk toegankelijk en het openbaar vervoer ernaartoe is duur. Dit geldt des te meer voor dak- en thuislozen, laaggeletterde of anderstalige mensen, psychisch kwetsbare mensen, geïsoleerde en vereenzaamde mensen met een beperkt sociaal netwerk, mensen zonder papieren, …

“Ik heb nu een probleem met mijn tanden. In Geraardsbergen, bij de tandartsen waar ik het vroeg moest ik 90 € betalen. In Brussel in het tandencentrum vraagt men gewoon mijn identiteitskaart. Laatst ging ik daarvoor ook naar Brussel, maar had ik geen geld voor een treinkaartje. Ik ging dan maar zonder maar nu heb ik een boete. Naar het ziekenhuis kan ik ook niet meer omdat ik met openstaande facturen heb. Dus moet ik voor alles naar Brussel.” (Janice, 50)

Bovendien is de drempel om hulp te vragen hoog. Het is een taboe om aan te kloppen bij OCMW of andere diensten. Mensen wachten daardoor vaak te lang en geraken nog verder in de (financiële) problemen.

 “Mijn kleren koop ik voornamelijk in de tweedehandswinkel. Naar de sociale kruidenier wil ik niet gaan. Ik zou mij schamen. Daarom moet ik vaak eten kopen dat ik eigenlijk niet wil.”(Maria, 50)

“Sommige denken dat, omdat je gewoon doet, je geen voedselbedeling nodig hebt. Sommige durven er zelf niet achter komen. Buurvrouwen rechtover mij zien alles als ze pakketten thuisbrengen.” (Nadine, 65)

Ten slotte zijn er meer structurele en versterkende maatregelen nodig. Noodhulp zoals bijvoorbeeld voedselbedeling of goedkope maaltijden, kan helpen om mensen er tijdelijk weer bovenop te helpen, maar niet als structurele oplossing. Noodhulp is niet versterkend, laat weinig keuze en kan mensen afhankelijk maken, wat slecht is voor hun zelfbeeld en vaardigheden. Structurele maatregelen zoals het verhogen van uitkeringen en versterkte ondersteuning kunnen mensen in staat stellen om hun situatie aan te pakken en hen blijvend uit armoede halen.

“Ik ben er dankbaar voor, maar vind het jammer dat dit vaak enkel blikvoeding is: snel klaar en niet zo gezond en telkens hetzelfde.” (Rachid, 61)

Bron: www.aandeonderkant.be; netwerktegenarmoede.be/nl/17-oktober-2020